De prijs van margarine

Van Techniek in Nederland

Ga naar: navigatie, zoek
 
Regel 15: Regel 15:
 
De toenemende consumptie van kunstboter ging in dit geval vooral ten koste van die van [[begrippenlijst#Inferieur|inferieure]] kwaliteiten boter, waartoe overigens veel [[Botervervalsing|'''Nederlandse boter''']] was gaan behoren. Betere soorten als de [[Ontwikkelingen in Denemarken|'''Deense boter''']] hadden weinig last van deze concurrentie.
 
De toenemende consumptie van kunstboter ging in dit geval vooral ten koste van die van [[begrippenlijst#Inferieur|inferieure]] kwaliteiten boter, waartoe overigens veel [[Botervervalsing|'''Nederlandse boter''']] was gaan behoren. Betere soorten als de [[Ontwikkelingen in Denemarken|'''Deense boter''']] hadden weinig last van deze concurrentie.
  
De marktverhouding tussen boter en kunstboter was voornamelijk gebaseerd op een negatieve keuze: gingen de boterprijzen omlaag, dan ging de consument razendsnel over op echte boter en liet het [[begrippenlijst#Surrogaat|surrogaat]]artikel liggen. De afzet van de kunstboterproducenten stond derhalve in nauw verband met de [[begrippenlijst#Prijsfluctuatie|prijsfluctuaties]] van de boter.[[Noten TIN19-1-H5#5-58|<sup>[58]</sup>]]  Vooral in de zomer, wanneer de boterproductie groter was dan in de andere seizoenen, had de kunstboterfabrikant het moeilijk. Lage natuurboterprijzen waren dikwijls fataal voor de fabrikanten, vooral voor degenen die mindere kwaliteiten kunstboter maakten.  
+
De marktverhouding tussen boter en kunstboter was voornamelijk gebaseerd op een negatieve keuze: gingen de boterprijzen omlaag, dan ging de consument razendsnel over op echte boter en liet het [[begrippenlijst#Surrogaat|surrogaat]]artikel liggen. De afzet van de kunstboterproducenten stond derhalve in nauw verband met de [[begrippenlijst#Fluctueren|prijsfluctuaties]] van de boter.[[Noten TIN19-1-H5#5-58|<sup>[58]</sup>]]   
 +
Vooral in de zomer, wanneer de boterproductie groter was dan in de andere seizoenen, had de kunstboterfabrikant het moeilijk. Lage natuurboterprijzen waren dikwijls fataal voor de fabrikanten, vooral voor degenen die mindere kwaliteiten kunstboter maakten.  
  
 
Het is dan ook niet verwonderlijk dat rond 1883/1884, toen de boterprijzen erg laag waren, een groot aantal kunstboterfabrieken ophield te bestaan. Van de fabrikanten uit de [[begrippenlijst#Boom-fase|boom-fase]] (1879-1883) waren er veel die het niet konden bolwerken: van de bijna zeventig fabrieken waren er in 1883 nog ruim veertig over.
 
Het is dan ook niet verwonderlijk dat rond 1883/1884, toen de boterprijzen erg laag waren, een groot aantal kunstboterfabrieken ophield te bestaan. Van de fabrikanten uit de [[begrippenlijst#Boom-fase|boom-fase]] (1879-1883) waren er veel die het niet konden bolwerken: van de bijna zeventig fabrieken waren er in 1883 nog ruim veertig over.

Huidige versie van 23 apr 2008 om 14:13