De mechanisering van de overslaghaven

Van Techniek in Nederland

Ga naar: navigatie, zoek
Regel 1: Regel 1:
[[afbeelding:05_J853_T_4_1.JPG|thumb|400px|left|Tot in de twintigste eeuw gebeurde het lossen en laden van de schepen handmatig. Zo lossen deze havenarbeiders rond 1900 kolen uit een binnenschip door ze in zakken te scheppen]]Producten als erts, kolen, graan en petroleum werden in het transport aangeduid als massagoed, maar graan en petroleum werden aanvankelijk nog als stukgoed vervoerd, dat wil zeggen dat ze verpakt in zakken of vaten in afzonderlijke eenheden werden verscheept en overgeslagen. Aan het einde van de negentiende eeuw ontstond er een trend dat graan en petroleum steeds meer onverpakt, los gestort, ofwel als massagoed werden behandeld.[[Noten H4#4-4|<sup>[4]</sup>]] De trend om producten als petroleum en graan los gestort te vervoeren betekende, evenals de opkomst van het kolen- en ertstransport, dat [[Wetenschappelijke landbouw als vernieuwingsbeweging|'''mechanisatie''']] gemakkelijker werd. De relatie werkte echter ook andersom: de mechanisering bevorderde het onverpakt verschepen van goederen zoals [[De overslag van graan|'''graan''']]. Mechanisering ging niet alleen gepaard met de opkomst van massagoed, maar stimuleerde ook een meer directe overslag. Voorheen werden goederen veelal eerst op het dek van een schip gewogen voordat ze werden gelost of geladen. Deze praktijk werd teruggedrongen door de mechanisatie. De mechanische apparaten waren in staat om het goed in één beweging tussen zeeschip en binnenschip of treinwagon over te slaan. [[De overslag van kolen en erts|'''kolen, erts''']] en graan vormden het merendeel van de goederenstroom, waarmee zij de Rotterdamse haven haar typerende uitstraling van [[begrippenlijst#Transito|transitohaven]] voor massavervoer gaven. Petroleum was echter ook een massagoed waarvan de overslag werd gemechaniseerd. Vanaf 1877 werd petroleum steeds meer in tankschepen vervoerd. In de tankers werd een pompkamer gebouwd, van waaruit pijpleidingen in de ruimen voerden. Via deze pijpleidingen werd de petroleum uit de ruimen gezogen. Hierdoor was het wel noodzakelijk om opslagtanks in de haven te bouwen, hetgeen in Rotterdam in 1888 voor het eerst geschiedde. Vanuit deze tanks konden tankwagons of riviertankers worden geladen. Rechtstreekse overslag tussen zeeschip en binnenschip of [[Het rollend materieel|'''spoorwagon''']] werd vooral uit veiligheidsoverwegingen vrijwel niet toegepast. De mechanisatie van de petroleumoverslag was dus [[begrippenlijst#Atypisch|atypisch]] voor het algemene patroon in het massagoed.  
+
[[afbeelding:05_J853_T_4_1.JPG|thumb|400px|left|Tot in de twintigste eeuw gebeurde het lossen en laden van de schepen handmatig. Zo lossen deze havenarbeiders rond 1900 kolen uit een binnenschip door ze in zakken te scheppen]]Producten als erts, kolen, graan en petroleum werden in het transport aangeduid als massagoed, maar graan en petroleum werden aanvankelijk nog als stukgoed vervoerd, dat wil zeggen dat ze verpakt in zakken of vaten in afzonderlijke eenheden werden verscheept en overgeslagen. Aan het einde van de negentiende eeuw ontstond er een trend dat graan en petroleum steeds meer onverpakt, los gestort, ofwel als massagoed werden behandeld.[[Noten H4#4-4|<sup>[4]</sup>]] De trend om producten als petroleum en graan los gestort te vervoeren betekende, evenals de opkomst van het kolen- en ertstransport, dat [[Wetenschappelijke landbouw als vernieuwingsbeweging|'''mechanisatie''']] gemakkelijker werd. De relatie werkte echter ook andersom: de mechanisering bevorderde het onverpakt verschepen van goederen zoals [[De overslag van graan|'''graan''']].  
 +
 
 +
 
 +
Mechanisering ging niet alleen gepaard met de opkomst van massagoed, maar stimuleerde ook een meer directe overslag. Voorheen werden goederen veelal eerst op het dek van een schip gewogen voordat ze werden gelost of geladen. Deze praktijk werd teruggedrongen door de mechanisatie. De mechanische apparaten waren in staat om het goed in één beweging tussen zeeschip en binnenschip of treinwagon over te slaan. [[De overslag van kolen en erts|'''kolen, erts''']] en graan vormden het merendeel van de goederenstroom, waarmee zij de Rotterdamse haven haar typerende uitstraling van [[begrippenlijst#Transito|transitohaven]] voor massavervoer gaven. Petroleum was echter ook een massagoed waarvan de overslag werd gemechaniseerd. Vanaf 1877 werd petroleum steeds meer in tankschepen vervoerd. In de tankers werd een pompkamer gebouwd, van waaruit pijpleidingen in de ruimen voerden. Via deze pijpleidingen werd de petroleum uit de ruimen gezogen. Hierdoor was het wel noodzakelijk om opslagtanks in de haven te bouwen, hetgeen in Rotterdam in 1888 voor het eerst geschiedde. Vanuit deze tanks konden tankwagons of riviertankers worden geladen. Rechtstreekse overslag tussen zeeschip en binnenschip of [[Het rollend materieel|'''spoorwagon''']] werd vooral uit veiligheidsoverwegingen vrijwel niet toegepast. De mechanisatie van de petroleumoverslag was dus [[begrippenlijst#Atypisch|atypisch]] voor het algemene patroon in het massagoed.  
  
  

Versie op 14 mrt 2008 12:51