Ontwikkelingen in Denemarken
Van Techniek in Nederland
Regel 52: | Regel 52: | ||
'''Het Deense stelsel''' | '''Het Deense stelsel''' | ||
− | In hun streven naar een produkt van constante, homogene kwaliteit werden de Denen nog geholpen door een belangrijke verbetering die in 1865 in Zweden door ene Schwartz was ontwikkeld. Deze werkwijze werd al snel door prof. Segelcke van de Koninklijke Landbouwvereniging in Kopenhagen onderzocht en vervolgens dringend aanbevolen. Merkwaardig genoeg kreeg de methode kort daarna buiten Denemarken de naam 'het Deense stelsel'. | + | In hun streven naar een produkt van constante, homogene kwaliteit werden de Denen nog geholpen door een belangrijke verbetering die in 1865 in Zweden door ene '''Schwartz''' was ontwikkeld. Deze werkwijze werd al snel door prof. Segelcke van de Koninklijke Landbouwvereniging in Kopenhagen onderzocht en vervolgens dringend aanbevolen. Merkwaardig genoeg kreeg de methode kort daarna buiten Denemarken de naam 'het Deense stelsel'. |
De werkwijze was als volgt. Na het melken goot men de melk in hoge vaten, die in een met heel koud water of ijs gevulde koelbak stonden. Na 12 uur werd de room afgeschept, na nog eens 12 uur de rest van de room. Meestal werd dan de melk gebruikt om er kaas van te maken. De koude melk ontroomde vanzelf sneller en zo kregen noch melk, noch room de tijd om zuur geworden. De room werd op karntemperatuur gebracht en gekarnd. Eventueel kon men de room voor het [[Begrippenlijst#Karnen|karnen]] licht aanzuren, wat een iets andere smaak van de boter opleverde. Waar Schwartz en ook Segelcke op wezen, was dat het geenszins nodig was om met zure melk of zure room te werken voor een goed produkt. Dat behoorde tot een van die onbewezen volkswijsheden waar men niet te lang meer aan moest volhouden. | De werkwijze was als volgt. Na het melken goot men de melk in hoge vaten, die in een met heel koud water of ijs gevulde koelbak stonden. Na 12 uur werd de room afgeschept, na nog eens 12 uur de rest van de room. Meestal werd dan de melk gebruikt om er kaas van te maken. De koude melk ontroomde vanzelf sneller en zo kregen noch melk, noch room de tijd om zuur geworden. De room werd op karntemperatuur gebracht en gekarnd. Eventueel kon men de room voor het [[Begrippenlijst#Karnen|karnen]] licht aanzuren, wat een iets andere smaak van de boter opleverde. Waar Schwartz en ook Segelcke op wezen, was dat het geenszins nodig was om met zure melk of zure room te werken voor een goed produkt. Dat behoorde tot een van die onbewezen volkswijsheden waar men niet te lang meer aan moest volhouden. |