Variomatic
Van Techniek in Nederland
Regel 1: | Regel 1: | ||
− | De [[De auto na 1945: De volksauto|'''Variomatic''']] (eind jaren vijftig) en de Transmatic (eind jaren tachtig) van Daf behoren tot de groep van continu variabele transmissies, een subklasse van de automatische transmissies en een oude ingenieursdroom sinds [[afbeelding:Productie_daf.jpg|thumb|400px|right|DAF opende in 1967 een nieuwe nevenvestiging in Born, geheel gericht op de productie en assemblage van personenwagens. Deze waren alle voorzien van een variomatic-aandrijving.]] het begin van de autotechniek aan het eind van de negentiende eeuw. Die droom is zeker een eeuw onvervuld gebleven, hetgeen een rechtstreeks uitvloeisel is van de keuze, nu al meer dan een eeuw geleden, ten gunste van de benzinemotoraandrijving en tegen de alternatieven van stoom- en elektrische tractie. Deze laatste twee hebben immers de potentie om rechtstreeks een continu variabele aandrijving mogelijk te maken doordat een versnellingsbak met tandwielen niet nodig is: zowel de stoommachine als de elektromotor biedt vanaf stilstand een koppel aan de uitgaande as, hetgeen betekent dat de automobilist vanaf stilstand tot aan de maximale voertuigsnelheid altijd genoeg energie bij de aangedreven wielen kan krijgen om de auto voort te bewegen. | + | De [[De auto na 1945: De volksauto|'''Variomatic''']] (eind jaren vijftig) en de Transmatic (eind jaren tachtig) van Daf behoren tot de groep van continu variabele transmissies, een subklasse van de automatische transmissies en een oude ingenieursdroom sinds [[afbeelding:Productie_daf.jpg|thumb|400px|right|DAF opende in 1967 een nieuwe nevenvestiging in Born, geheel gericht op de productie en assemblage van personenwagens. Deze waren alle voorzien van een variomatic-aandrijving.]] het begin van de autotechniek aan het eind van de negentiende eeuw. Die droom is zeker een eeuw onvervuld gebleven, hetgeen een rechtstreeks uitvloeisel is van de keuze, nu al meer dan een eeuw geleden, ten gunste van de benzinemotoraandrijving en tegen de alternatieven van stoom- en [[Vroege autogeschiedenis (tot 1914): Vooroorlogse elektrische auto's|'''elektrische tractie''']]. |
+ | Deze laatste twee hebben immers de potentie om rechtstreeks een continu variabele aandrijving mogelijk te maken doordat een versnellingsbak met tandwielen niet nodig is: zowel de stoommachine als de elektromotor biedt vanaf stilstand een koppel aan de uitgaande as, hetgeen betekent dat de automobilist vanaf stilstand tot aan de maximale voertuigsnelheid altijd genoeg energie bij de aangedreven wielen kan krijgen om de auto voort te bewegen. | ||