Voedingswaarde en kwaliteit van voedsel

Van Techniek in Nederland

Ga naar: navigatie, zoek
Regel 13: Regel 13:
 
'''Optimale voeding'''
 
'''Optimale voeding'''
  
Voedingswaarde verwijst naar de ‘voedingsleer’ waarin wordt gesteld dat de optimale voeding van mensen een bepaalde minimumhoeveelheid aan eiwit, vet en koolhydraat moet bevatten. Deze leer was in de negentiende eeuw ontwikkeld door medici, fysiologen en chemici.  
+
Voedingswaarde verwijst naar de ‘voedingsleer’ waarin wordt gesteld dat de optimale voeding van mensen een bepaalde minimumhoeveelheid aan eiwit, vet en [[Begrippenlijst#Koolhydraat|koolhydraat]] moet bevatten. Deze leer was in de negentiende eeuw ontwikkeld door medici, fysiologen en chemici.  
 
Toen door het chemisch-analytisch onderzoek het inzicht in de samenstelling van voedingsmiddelen was vergroot, drong zich de vraag op van de fysiologische betekenis van deze stoffen voor de stofwisseling. Proeven met honden verschaften de Duitse [[Begrippenlijst#Fysioloog|fysioloog]] E. Voit in de jaren zestig en zeventig van de negentiende eeuw gegevens die uiteindelijk leidden tot het vaststellen van de optimale hoeveelheden voedingsstoffen voor een volwassen man per dag. Volgens Voit moest ieder mens iedere dag minimaal 118 gram eiwit, 56 gram vet en 500 gram koolhydraat consumeren.[[Noten TIN20-3-H2#2-82|<sup>[82]</sup>]]  
 
Toen door het chemisch-analytisch onderzoek het inzicht in de samenstelling van voedingsmiddelen was vergroot, drong zich de vraag op van de fysiologische betekenis van deze stoffen voor de stofwisseling. Proeven met honden verschaften de Duitse [[Begrippenlijst#Fysioloog|fysioloog]] E. Voit in de jaren zestig en zeventig van de negentiende eeuw gegevens die uiteindelijk leidden tot het vaststellen van de optimale hoeveelheden voedingsstoffen voor een volwassen man per dag. Volgens Voit moest ieder mens iedere dag minimaal 118 gram eiwit, 56 gram vet en 500 gram koolhydraat consumeren.[[Noten TIN20-3-H2#2-82|<sup>[82]</sup>]]  
 
Dit speelde een belangrijke rol bij het vaststellen van [[begrippenlijst#Rantsoen|rantsoenen]] voor militairen, kinderen in de groei en volwassen arbeiders, in de discussie over volksvoeding en bij de voedingsadviezen in gaarkeukens en kookonderwijs. Aangevuld met de bepalingen van de calorische waarde van de genoemde drie voedingsstoffen, in 1898 vastgesteld door de Duitse fysioloog Max Rubner (1854-1932), was hiermee de grondslag gelegd voor de voedingsleer. In de decennia daarna poogden artsen en kookleraressen deze leer te populariseren. Zo bundelde de arts F.A. Steensma zijn voordrachten gehouden aan de befaamde Nieuwe Huishoudschool in Amsterdam in 1909.[[Noten TIN20-3-H2#2-83|<sup>[83]</sup>]] Deze popularisering bleef niet zonder resultaat.  
 
Dit speelde een belangrijke rol bij het vaststellen van [[begrippenlijst#Rantsoen|rantsoenen]] voor militairen, kinderen in de groei en volwassen arbeiders, in de discussie over volksvoeding en bij de voedingsadviezen in gaarkeukens en kookonderwijs. Aangevuld met de bepalingen van de calorische waarde van de genoemde drie voedingsstoffen, in 1898 vastgesteld door de Duitse fysioloog Max Rubner (1854-1932), was hiermee de grondslag gelegd voor de voedingsleer. In de decennia daarna poogden artsen en kookleraressen deze leer te populariseren. Zo bundelde de arts F.A. Steensma zijn voordrachten gehouden aan de befaamde Nieuwe Huishoudschool in Amsterdam in 1909.[[Noten TIN20-3-H2#2-83|<sup>[83]</sup>]] Deze popularisering bleef niet zonder resultaat.  

Versie op 29 mrt 2008 10:02