Molenbedrijf en meelfabriek

Van Techniek in Nederland

Ga naar: navigatie, zoek
Regel 37: Regel 37:
  
  
De meelfabrieken daarentegen werden zwaar getroffen. De meelfabrieken hadden in principe door hun ligging en hun productieproces van de prijsdaling van het graan profijt kunnen trekken. Zij kregen echter te maken met een sterke toename in de invoer van meel en bloem. Daarbij speelde een rol dat het maalproces in het buitenland een grondige verandering had ondergaan. Buitenlandse fabrikanten waren inmiddels overgegaan op het malen met walsen in plaats van stenen en gebruikte geheel nieuwe installaties voor het zuiveren, zeven en ziften, zoals plansichters, [[Begrippenlijst#Trieur|trieurs]] en [[Begrippenlijst#Aspirateur|aspirateurs]]. Een ingrijpende reorganisatie van de binnenlandse meelnijverheid was het gevolg. Niet minder dan 56 meelfabrieken werden tussen 1880 en 1900 gesloten, terwijl de fabricage zich in een klein aantal (omstreeks 1900 ongeveer 26, waaronder zeer grote, kapitaalintensieve) ondernemingen concentreerde, die nagenoeg de gehele binnenlandse tarwebloemproduktie in handen kreeg.[[Noten TIN19-1-H3#3-112|<sup>[112]</sup>]]   
+
De meelfabrieken daarentegen werden zwaar getroffen. De meelfabrieken hadden in principe door hun ligging en hun productieproces van de prijsdaling van het graan profijt kunnen trekken. Zij kregen echter te maken met een sterke toename in de invoer van meel en bloem. Daarbij speelde een rol dat het maalproces in het buitenland een grondige verandering had ondergaan. Buitenlandse fabrikanten waren inmiddels overgegaan op het malen met walsen in plaats van stenen en gebruikte geheel nieuwe installaties voor het zuiveren, zeven en ziften, zoals plansichters, [[Begrippenlijst#Trieur|trieurs]] en [[Begrippenlijst#Aspirateurs|aspirateurs]]. Een ingrijpende reorganisatie van de binnenlandse meelnijverheid was het gevolg. Niet minder dan 56 meelfabrieken werden tussen 1880 en 1900 gesloten, terwijl de fabricage zich in een klein aantal (omstreeks 1900 ongeveer 26, waaronder zeer grote, kapitaalintensieve) ondernemingen concentreerde, die nagenoeg de gehele binnenlandse tarwebloemproduktie in handen kreeg.[[Noten TIN19-1-H3#3-112|<sup>[112]</sup>]]   
  
 
Voor het windmolenbedrijf lag in deze ontwikkeling een onomkeerbaar effect. Had het windmolenbedrijf vóór deze tijd de produktietechniek van de fabriek in principe kunnen imiteren, dat was nu niet meer mogelijk. De nieuwe produktietechniek vereiste  - in tegenstelling tot diverse oude fabriekmatige stelsels  - een regelmatige aandrijving. De klassieke windmolen was daartoe niet in staat.
 
Voor het windmolenbedrijf lag in deze ontwikkeling een onomkeerbaar effect. Had het windmolenbedrijf vóór deze tijd de produktietechniek van de fabriek in principe kunnen imiteren, dat was nu niet meer mogelijk. De nieuwe produktietechniek vereiste  - in tegenstelling tot diverse oude fabriekmatige stelsels  - een regelmatige aandrijving. De klassieke windmolen was daartoe niet in staat.

Versie op 31 mrt 2008 15:01