Meel en gezondheid
Van Techniek in Nederland
Regel 25: | Regel 25: | ||
Verder was niet iedereen even gunstig gestemd over de waarde van brood van mooi en zuiver meel. De verwijdering van de [[begrippenlijst#Zemelen|zemelen]] uit het meel was volgens verscheidene auteurs slecht voor de voeding. Over de voedingswaarde van zemelen ontstond in de negentiende eeuw veel discussie, zowel in Nederland als daarbuiten. Men constateerde dat het gluten, een dunne laag voedzame proteïnen rondom de kern, verbonden bleef met de vermalen zemelen. | Verder was niet iedereen even gunstig gestemd over de waarde van brood van mooi en zuiver meel. De verwijdering van de [[begrippenlijst#Zemelen|zemelen]] uit het meel was volgens verscheidene auteurs slecht voor de voeding. Over de voedingswaarde van zemelen ontstond in de negentiende eeuw veel discussie, zowel in Nederland als daarbuiten. Men constateerde dat het gluten, een dunne laag voedzame proteïnen rondom de kern, verbonden bleef met de vermalen zemelen. | ||
− | [[Noten TIN19-1-H3#3-102|<sup>[102]</sup>]] Hoewel het [[Een nieuw | + | [[Noten TIN19-1-H3#3-102|<sup>[102]</sup>]] Hoewel het [[Een nieuw produkt|'''witte brood''']] er voor het oog zo mooi uitzag, meenden de voedingsdeskundigen dat meel en zemelen niet gescheiden moesten worden.'' 'Om een krachtig en goed voedend brood te hebben [zou men] door verbeterde werktuigen de geheele graankorrel dadelijk tot eene fijne en gelijksoortige meelachtige stof moeten vermalen.' ''[[Noten TIN19-1-H3#3-103|<sup>[103]</sup>]] |
De hoogleraar Donders stelde in 1849 reeds dat de voedingswaarde in het graan afkomstig was van [[Begrippenlijst#Proteine|proteïne]] verbindingen en dat '' 'de proteïne bij rogge en tarwe hoofdzakelijk gezeteld is in eene enkele cellenlaag die de geheele korrel omgeeft, en dat deze laag op de meeste plaatsen met de zemelen verbonden blijft'.'' Hij concludeerde dan ook:'' 'Als men alzoo de tarwezemelen niet in het brood laat blijven, wordt het brood minder voedzaam en het fijnste wittebrood is alzoo minder voedzaam dan het grovere'.''[[Noten TIN19-1-H3#3-104|<sup>[104]</sup>]] | De hoogleraar Donders stelde in 1849 reeds dat de voedingswaarde in het graan afkomstig was van [[Begrippenlijst#Proteine|proteïne]] verbindingen en dat '' 'de proteïne bij rogge en tarwe hoofdzakelijk gezeteld is in eene enkele cellenlaag die de geheele korrel omgeeft, en dat deze laag op de meeste plaatsen met de zemelen verbonden blijft'.'' Hij concludeerde dan ook:'' 'Als men alzoo de tarwezemelen niet in het brood laat blijven, wordt het brood minder voedzaam en het fijnste wittebrood is alzoo minder voedzaam dan het grovere'.''[[Noten TIN19-1-H3#3-104|<sup>[104]</sup>]] |