Knoeierijen in de boterhandel
Van Techniek in Nederland
Regel 12: | Regel 12: | ||
Ook werd de beschuldigende vinger uitgestoken naar de zuivelindustrie zelf: hoe vaak kwam het niet voor dat boeren zelf hun [[Waarom was Nederland pioniersland|'''natuurboter''']] aanlengden met [[Begrippenlijst#surrogaat|surrogaat]] en de consument voor kunstboter de prijs van natuurboter rekenden? Op deze wijze poogde de kunstboterindustrie elke verantwoordelijkheid voor het bedrog en de knoeierijen af te schuiven. | Ook werd de beschuldigende vinger uitgestoken naar de zuivelindustrie zelf: hoe vaak kwam het niet voor dat boeren zelf hun [[Waarom was Nederland pioniersland|'''natuurboter''']] aanlengden met [[Begrippenlijst#surrogaat|surrogaat]] en de consument voor kunstboter de prijs van natuurboter rekenden? Op deze wijze poogde de kunstboterindustrie elke verantwoordelijkheid voor het bedrog en de knoeierijen af te schuiven. | ||
− | Maar sommigen, zoals de Duitse chemicus dr. R. Wollny, waren ervan overtuigd dat de fabrikanten de knoeierij actief steunden of ten minste in de hand werkten. Tijdens bezoeken aan Nederlandse fabrieken was zijn oog speciaal gevallen op de verpakkingsafdelingen, waarin hij een verbijsterende variatie aan 'echte' botervaten ontdekte.[[Noten TIN19-1-H5#5-81|<sup>[81]</sup>]] Wollny beschuldigde de fabrikanten ervan bewust verwarring te zaaien door kunstboter in deze bekende botervaten te verpakken. Hoewel de fabrikanten de waar netjes als [[De pioniers van de margarineindustrie|''''butterine'''']] factureerden, is er weinig verbeeldingskracht voor nodig om te begrijpen hoe het artikel uiteindelijk bij de consument belandde: als boter voor een boterprijs. | + | Maar sommigen, zoals de Duitse chemicus dr. R. Wollny, waren ervan overtuigd dat de fabrikanten de knoeierij actief steunden of ten minste in de hand werkten. Tijdens bezoeken aan Nederlandse fabrieken was zijn oog speciaal gevallen op de verpakkingsafdelingen, waarin hij een verbijsterende variatie aan 'echte' botervaten ontdekte.[[Noten TIN19-1-H5#5-81|<sup>[81]</sup>]] |
+ | Wollny beschuldigde de fabrikanten ervan bewust verwarring te zaaien door kunstboter in deze bekende botervaten te verpakken. Hoewel de fabrikanten de waar netjes als [[De pioniers van de margarineindustrie|''''butterine'''']] factureerden, is er weinig verbeeldingskracht voor nodig om te begrijpen hoe het artikel uiteindelijk bij de consument belandde: als boter voor een boterprijs. | ||
Een soortgelijk verwijt was in 1886 ook te horen uit de mond van een Nederlands Tweede Kamerlid, Rutgers van Rozenburg: | Een soortgelijk verwijt was in 1886 ook te horen uit de mond van een Nederlands Tweede Kamerlid, Rutgers van Rozenburg: | ||
Regel 20: | Regel 21: | ||
Namens de Vereeniging van Margarineboter fabrikanten in Nederland antwoordde haar voorzitter, [[De prijs van margarine|'''dr. Mouton''']], door middel van een ingezonden stuk in het Algemeen Handelsblad. | Namens de Vereeniging van Margarineboter fabrikanten in Nederland antwoordde haar voorzitter, [[De prijs van margarine|'''dr. Mouton''']], door middel van een ingezonden stuk in het Algemeen Handelsblad. | ||
− | '' 'Wat is de waarheid? Natuurboter wordt geëxporteerd in vaten van 10, 20 en 40 kg, ander fust wordt daarvoor niet gebruikt. Margarineboter daarentegen wordt geëxporteerd in tal van andere verpakkingen, welk getal tot 50 klimt. De verpakking voor Hollandsche natuurboter is in Engeland uitsluitend 'dutch firkins', maar die voor margarineboter is kegs, firkins, casks, kits, kools, pails, buts, tubs, baskets, boxes, cases, enz.' ''[[Noten TIN19-1-H5#5-83|<sup>[83]</sup>]] [[Afbeelding:TIN19_blz165.jpg|thumb|right|400px|De kostbare koelmachine is het pronkstuk van de fabriek]] | + | '' 'Wat is de waarheid? Natuurboter wordt geëxporteerd in vaten van 10, 20 en 40 kg, ander fust wordt daarvoor niet gebruikt. Margarineboter daarentegen wordt geëxporteerd in tal van andere verpakkingen, welk getal tot 50 klimt. De verpakking voor Hollandsche natuurboter is in Engeland uitsluitend 'dutch firkins', maar die voor margarineboter is kegs, firkins, casks, kits, kools, pails, buts, tubs, baskets, boxes, cases, enz.' ''[[Noten TIN19-1-H5#5-83|<sup>[83]</sup>]] |
+ | [[Afbeelding:TIN19_blz165.jpg|thumb|right|400px|De kostbare koelmachine is het pronkstuk van de fabriek]] | ||
De algemene opinie in Nederland was dat er vooral door handelaren en winkeliers op grote schaal werd geknoeid; zelfs J. Rinkes Borger, directeur van een bona fide natuurboterfabriek, dacht niet in de eerste plaats aan de fabrikanten als de bedriegers. In Engeland zelf was men ervan overtuigd dat de winkeliers de grote boosdoeners waren, maar Engelse handelaren verklaarden dat ook buitenlandse - dat wil zeggen: Nederlandse- fabrikanten te laken waren. | De algemene opinie in Nederland was dat er vooral door handelaren en winkeliers op grote schaal werd geknoeid; zelfs J. Rinkes Borger, directeur van een bona fide natuurboterfabriek, dacht niet in de eerste plaats aan de fabrikanten als de bedriegers. In Engeland zelf was men ervan overtuigd dat de winkeliers de grote boosdoeners waren, maar Engelse handelaren verklaarden dat ook buitenlandse - dat wil zeggen: Nederlandse- fabrikanten te laken waren. | ||
− | Het was een onbevredigende discussie, omdat geen harde gegevens of cijfers over de knoeierij voorhanden waren. Of de kunstboterfabrikanten er actief aan deelnamen en zo ja, hoe groot hun aandeel dan was, blijft daarom onduidelijk. Dat er gefraudeerd werd, staat buiten kijf. De namen van fabrieken die kunstboter maakten, en de namen die zij aan hun producten meegaven, zoals 'Deense melange', lijken te onschuldig om eerlijk te zijn. De Hoornsche Machinale Boterfabriek, de Borculosche Boterfabriek en de Twentsche Boterfabriek leverden in elk geval niet wat hun naam suggereerde. De tweede fase van de belangenstrijd tussen beide botersoorten voltrok zich tussen 1885 en 1889 en stond in het teken van de vraag: wel of geen wet? | + | Het was een onbevredigende discussie, omdat geen harde gegevens of cijfers over de knoeierij voorhanden waren. Of de kunstboterfabrikanten er actief aan deelnamen en zo ja, hoe groot hun aandeel dan was, blijft daarom onduidelijk. Dat er gefraudeerd werd, staat buiten kijf. De namen van fabrieken die kunstboter maakten, en de namen die zij aan hun producten meegaven, zoals [[Ontwikkelingen in Denemarken|''''Deense melange'''']], lijken te onschuldig om eerlijk te zijn. De Hoornsche Machinale Boterfabriek, de Borculosche Boterfabriek en de Twentsche Boterfabriek leverden in elk geval niet wat hun naam suggereerde. De tweede fase van de belangenstrijd tussen beide botersoorten voltrok zich tussen 1885 en 1889 en stond in het teken van de vraag: wel of geen wet? |
− | + | ||
− | + | ||
'''Margarine in de Tweede Kamer''' | '''Margarine in de Tweede Kamer''' | ||
− | |||
Onder aanvoering van de Hollandsche Maatschappij van Landbouw werd eind 1885 een vereniging opgericht, die haar naam ontleende aan haar doelstelling: de 'Vereeniging tot Bestrijding van Knoeierijen in den Boterhandel'. De eerste belangrijke daad van de nieuwe vereniging was het sturen van een Adres aan de Regering, waarin werd betoogd | Onder aanvoering van de Hollandsche Maatschappij van Landbouw werd eind 1885 een vereniging opgericht, die haar naam ontleende aan haar doelstelling: de 'Vereeniging tot Bestrijding van Knoeierijen in den Boterhandel'. De eerste belangrijke daad van de nieuwe vereniging was het sturen van een Adres aan de Regering, waarin werd betoogd |