Het ontstaan van een koelindustrie in nederland
Van Techniek in Nederland
Regel 4: | Regel 4: | ||
'''Methode-Ottesen in de ijskast?''' | '''Methode-Ottesen in de ijskast?''' | ||
− | Met het | + | Met het beëindigen van de oorlog kwam tevens een einde aan de internationaal gunstige uitzonderingspositie van de Nederlandse visserij en stagneerde de [[begrippenlijst#Hausse|hausse]] binnen de visserij. De Vereeniging van Reders van Visschersvaartuigen te IJmuiden schoof haar plannen voor een vriesinrichting op de lange baan ''‘ten gevolge van de treurige toestanden in het visscherij-bedrijf, welke op het ogenblik alles onmogelijk maken’.''[[Noten TIN20-3-H8#8-19|<sup>[19]</sup>]] |
− | hausse]] binnen de visserij. De Vereeniging van Reders van Visschersvaartuigen te IJmuiden schoof haar plannen voor een vriesinrichting op de lange baan ''‘ten gevolge van de treurige toestanden in het visscherij-bedrijf, welke op het ogenblik alles onmogelijk maken’.''[[Noten TIN20-3-H8#8-19|<sup>[19]</sup>]] | + | |
De directeur van de in IJmuiden gevestigde N.V. Vereenigde IJsfabrieken, K.H. Tusenius, toonde daarentegen wel belangstelling voor toepassing van de methode, zij het voorlopig als experiment. De N.V. Vereenigde IJsfabrieken was net zozeer een uitvloeisel van de Eerste Wereldoorlog als de aankoop van het octrooi-Ottesen door het Rijk. | De directeur van de in IJmuiden gevestigde N.V. Vereenigde IJsfabrieken, K.H. Tusenius, toonde daarentegen wel belangstelling voor toepassing van de methode, zij het voorlopig als experiment. De N.V. Vereenigde IJsfabrieken was net zozeer een uitvloeisel van de Eerste Wereldoorlog als de aankoop van het octrooi-Ottesen door het Rijk. | ||
Regel 19: | Regel 18: | ||
Een ander rapport van de SMN stelde de smaak van de in pekel bevroren vis gelijk met die van de met koude lucht bevroren exemplaren. Ook in 1923, 1924 en 1925 vervoerde de SMN volgens de methode-Ottesen bevroren vis naar Indië, net als de Rotterdamse Lloyd. De exporten lokten protesten uit van fabrikanten en handelaren van bevroren levensmiddelen op Java en Sumatra, die klaagden over oneerlijke concurrentie. Een eigenaar van een vrieshuis in Bandoeng stelde ''‘dat (...) slechts een firma in Indië en een klein gedeelte van het Indische publiek bevoorrecht wordt’.''[[Noten TIN20-3-H8#8-21|<sup>[21]</sup>]] | Een ander rapport van de SMN stelde de smaak van de in pekel bevroren vis gelijk met die van de met koude lucht bevroren exemplaren. Ook in 1923, 1924 en 1925 vervoerde de SMN volgens de methode-Ottesen bevroren vis naar Indië, net als de Rotterdamse Lloyd. De exporten lokten protesten uit van fabrikanten en handelaren van bevroren levensmiddelen op Java en Sumatra, die klaagden over oneerlijke concurrentie. Een eigenaar van een vrieshuis in Bandoeng stelde ''‘dat (...) slechts een firma in Indië en een klein gedeelte van het Indische publiek bevoorrecht wordt’.''[[Noten TIN20-3-H8#8-21|<sup>[21]</sup>]] | ||
− | Bottemanne en de minister van Landbouw lieten aan de betrokken handelaren weten dat ze zelf ook de in pekel bevroren vis konden afnemen. | + | Bottemanne en de minister van Landbouw lieten aan de betrokken handelaren weten dat ze zelf ook de in [[Begrippenlijst#Pekel|pekel]] bevroren vis konden afnemen. |
− | Gedurende het gehele Interbellum bleven de Vereenigde IJsfabrieken vis in pekel bevriezen, deels voor eigen rekening, deels in opdracht van derden. [[Afbeelding:TIN20III_blz345_boven.jpg|thumb|400px|right|Omvang Nederlandse vissersvloot (1911-1939).]] De gewenste doorbraak bleef echter uit en de afzet bleef achter bij de verwachtingen. | + | Gedurende het gehele [[Begrippenlijst#Interbellum|Interbellum]] bleven de Vereenigde IJsfabrieken vis in pekel bevriezen, deels voor eigen rekening, deels in opdracht van derden. |
+ | |||
+ | [[Afbeelding:TIN20III_blz345_boven.jpg|thumb|400px|right|Omvang Nederlandse vissersvloot (1911-1939).]] De gewenste doorbraak bleef echter uit en de afzet bleef achter bij de verwachtingen. | ||
'''Vriescapaciteit belangrijkste knelpunt''' | '''Vriescapaciteit belangrijkste knelpunt''' | ||
− | De capaciteit van de koudeketen was de bottleneck. Bottemanne schreef op 15 december 1922 aan de minister van Koloniën: ''‘Het transport zou aanmerkelijk groter kunnen zijn, indien steeds over voldoende vriesruimte in de schepen van de “Nederland” en de Rotterdamsche Lloyd beschikbaar was. Reeds verscheidene weken heeft men geen visch kunnen bevriezen bij gebrek aan gelegenheid tot verscheping.’''[[Noten TIN20-3-H8#8-22|<sup>[22]</sup>]] | + | De capaciteit van de koudeketen was de [[Begrippenlijst#bottleneck|bottleneck]]. Bottemanne schreef op 15 december 1922 aan de minister van Koloniën: ''‘Het transport zou aanmerkelijk groter kunnen zijn, indien steeds over voldoende vriesruimte in de schepen van de “Nederland” en de Rotterdamsche Lloyd beschikbaar was. Reeds verscheidene weken heeft men geen visch kunnen bevriezen bij gebrek aan gelegenheid tot verscheping.’''[[Noten TIN20-3-H8#8-22|<sup>[22]</sup>]] |
+ | |||
+ | Afzet van bevroren vis in het binnenland was problematisch gezien de vrijwel volkomen afwezigheid van een koudeketen voor de distributie en verkoop.[[Noten TIN20-3-H8#8-23|<sup>[23]</sup>]] | ||
+ | Het Nederlandse publiek zou bovendien de bevroren vis links laten liggen. Een door de regering samengestelde onderzoekscommissie ‘inzake de conserveering van visch’ concludeerde in 1937: ''‘Bevroren visch (...) verkeert tegenover het versche product in het nadeel, daar de consument aan versche visch de voorkeur geeft boven bevroren visch.’'' Bovendien: ''‘Uit het feit, dat (...) sommige hotelbedrijven bereids bevroren visch in plaats van versch accepteren, volgt nog niet, dat het visetend publiek hier te lande, dit ook zal doen in de toekomst.’''[[Noten TIN20-3-H8#8-24|<sup>[24]</sup>]] | ||
− | + | Door de beperkte omvang van het land en de ligging van IJmuiden aan het spoorwegnet was verse zeevis overal verkrijgbaar, diepgevroren vis kon hiertegen niet concurreren. De commissie verwachtte dat het bevriezen van vis alleen lonend kon worden wanneer ze eerst werd voorbewerkt, bijvoorbeeld door deze te [[begrippenlijst#Fileren|fileren]]. Dit diende aan boord van de vissersschepen te gebeuren, die hiertoe van vriesinstallaties moesten worden voorzien. Tegen de achtergrond van de crisis in de visserij in de jaren dertig was dit echter toekomstmuziek (zie grafiek 8.1 en 8.2).[[Noten TIN20-3-H8#8-25|<sup>[25]</sup>]] | |
− | + | [[Afbeelding:TIN20III_blz345_onder.jpg|thumb|right|400px|Totaal aangevoerde vis (1911-1939).]] | |
Regel 37: | Regel 41: | ||
Dat de bevriezingsmethode volgens Ottesen niet doorbrak, betekende een forse strop voor het Rijk, dat zijn rechtspositie op dit gebied nu niet te gelde kon maken. In 1924 werden over deze zaak vragen gesteld in de Tweede Kamer. De verantwoordelijke minister verdedigde zich door te wijzen op het voedselgebrek ten tijde van de aankoop van het octrooi.[[Noten TIN20-3-H8#8-26|<sup>[26]</sup>]] | Dat de bevriezingsmethode volgens Ottesen niet doorbrak, betekende een forse strop voor het Rijk, dat zijn rechtspositie op dit gebied nu niet te gelde kon maken. In 1924 werden over deze zaak vragen gesteld in de Tweede Kamer. De verantwoordelijke minister verdedigde zich door te wijzen op het voedselgebrek ten tijde van de aankoop van het octrooi.[[Noten TIN20-3-H8#8-26|<sup>[26]</sup>]] | ||
− | Toen in de jaren dertig het bevriezen van levensmiddelen door blootstelling aan koude lucht met behulp van zogeheten platenvriezers in zwang raakte, werd deze methode in Nederland vooral toegepast op groenten en fruit en slechts op zeer kleine schaal op vis.[[Noten TIN20-3-H8#8-27|<sup>[27]</sup>]] Pas onder de bijzondere omstandigheden van de Tweede Wereldoorlog kwam toepassing voor vis weer serieus op de agenda.[[Noten TIN20-3-H8#8-28|<sup>[28]</sup>]] | + | Toen in de jaren dertig het bevriezen van levensmiddelen door blootstelling aan koude lucht met behulp van zogeheten platenvriezers in zwang raakte, werd deze methode in Nederland vooral toegepast op groenten en fruit en slechts op zeer kleine schaal op vis.[[Noten TIN20-3-H8#8-27|<sup>[27]</sup>]] |
+ | Pas onder de bijzondere omstandigheden van de Tweede Wereldoorlog kwam toepassing voor vis weer serieus op de agenda.[[Noten TIN20-3-H8#8-28|<sup>[28]</sup>]] |