Noten

Van Techniek in Nederland

Ga naar: navigatie, zoek
Regel 160: Regel 160:
 
*<div id=3-78>[[De auto in het interbellum (1918-1940): Planning van Wegen|[78]]] Ligtermoet, Beleid en planning in de wegenbouw, 27. De verantwoordelijke waterstaatsingenieur voor de bouw van het Nederlandse wegennet, G.J. van den Broek, wordt door Ligtermoet in zichzelf sprekend opgevoerd: 'Want met een kleine miljoen gulden stijging in de jaarlijkse opbrengst van de Wegenbelasting zou toch het verkeer in 20 jaar ongeveer 3 keer zo groot moeten worden. En daar durfde Van den Broek toch niet echt van uit te gaan.' (ib., 27).</div>
 
*<div id=3-78>[[De auto in het interbellum (1918-1940): Planning van Wegen|[78]]] Ligtermoet, Beleid en planning in de wegenbouw, 27. De verantwoordelijke waterstaatsingenieur voor de bouw van het Nederlandse wegennet, G.J. van den Broek, wordt door Ligtermoet in zichzelf sprekend opgevoerd: 'Want met een kleine miljoen gulden stijging in de jaarlijkse opbrengst van de Wegenbelasting zou toch het verkeer in 20 jaar ongeveer 3 keer zo groot moeten worden. En daar durfde Van den Broek toch niet echt van uit te gaan.' (ib., 27).</div>
 
*<div id=3-79>[[De auto in het interbellum (1918-1940): Planning van Wegen|[79]]] Ligtermoet, Beleid en planning in de wegenbouw, 28, 30. Volgens waterstaatsminsiter Van Lidt de Jeude had de 'werkverruiming', zoals de werkverschaffing in het Haagse jargon werd genoemd, een sterke positieve invloed op de uitvoering van het wegenplan. De uiteindelijke vorm van het net was trouwens niet gepland, maar kwam door een reeks toevalligheden tot stand [zie oude tekst]. Overigens - tweede element van toeval bij de totstandkoming van het 'primaire' wegennet in Nederland - mochten werkverschaffingsprojecten alleen daar worden uitgevoerd, waar de weerkloosheid hoog was.. </div>
 
*<div id=3-79>[[De auto in het interbellum (1918-1940): Planning van Wegen|[79]]] Ligtermoet, Beleid en planning in de wegenbouw, 28, 30. Volgens waterstaatsminsiter Van Lidt de Jeude had de 'werkverruiming', zoals de werkverschaffing in het Haagse jargon werd genoemd, een sterke positieve invloed op de uitvoering van het wegenplan. De uiteindelijke vorm van het net was trouwens niet gepland, maar kwam door een reeks toevalligheden tot stand [zie oude tekst]. Overigens - tweede element van toeval bij de totstandkoming van het 'primaire' wegennet in Nederland - mochten werkverschaffingsprojecten alleen daar worden uitgevoerd, waar de weerkloosheid hoog was.. </div>
*<div id=3-80>[[De auto in het interbellum (1918-1940): Planning van Wegen|[80]]] Bosch en Van der Ham, Twee eeuwen Rijkswaterstaat, 166-168; Hans Buiter en Kees Volkers, Oudenrijn; Geschiedenis van een verkeersknooppunt (Utrecht 1996) 17, 24, 27-28.</div>
 
*<div id=3-81>[[De auto in het interbellum (1918-1940): Planning van Wegen|[81]]]  M.L. ten Horn-Van Nispen, 'Het Rijkswegenplan 1927; De aanpak van het verkeersvraagstuk in de jaren twintig,' Jaarboek voor e geschiedenis van bedrijf en techniek 9 (1992) 185-208.</div>
 
*<div id=3-82>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De rol van de ANWB bij de massamotorisering|[82]]] 'Zorgen voor de toekomst', De Kampioen nr 9 (4 maart 1927) 193-194.  </div>
 
*<div id=3-83>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De rol van de ANWB bij de massamotorisering|[83]]] P. Lamberts Hurrelbrinck, 'Zal de kleine wagen de revolutie brengen?' Autokampioen nr 49 (6 december 1930) 877-882, aldaar 881.  </div>
 
*<div id=3-84>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De rol van de ANWB bij de massamotorisering|[84]]] W.A. Hoek, 'Van huur en verhuur van automobielen zonder chauffeur,' Autokampioen nr 6 (13 februari 1932) 194-197.  </div>
 
*<div id=3-85>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De rol van de ANWB bij de massamotorisering|[85]]] Motor-vehicle taxation and regulations in foreign countries (United States Department of Commerce, Bureau of Foreign and Domestic Commerce, Trade Information Bulletin No. 463, February 1927).  </div>
 
*<div id=3-86>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De rol van de ANWB bij de massamotorisering|[86]]]  'Hoffelijkheid der politie,' Autokampioen nr 17 (25 april 1931) 634-635.  </div>
 
*<div id=3-87>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De rol van de ANWB bij de massamotorisering|[87]]] OVERNEMEN UIT HET BOEK  </div>
 
*<div id=3-88>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De rol van de ANWB bij de massamotorisering|[88]]] G.M. [Gijs Mom], "Verblindend licht: brandend probleem; een koplamp met een knipoog," De Auto (juli 1986) 40-43 [Peter: check maand, paginering en jaar klopt]  </div>
 
*<div id=3-89>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De rol van de ANWB bij de massamotorisering|[89]]] ''t Is niet eentonig langs den weg!', Autokampioen (11 maart 1933) 435. </div>
 
*<div id=3-90>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De rol van de ANWB bij de massamotorisering|[90]]] 'Er bestaan geen "luxe-auto's" meer; het autoverkeer een levensbelang voor het geheele volk,' Autokampioen (17 februari 1934) 246. </div>
 
*<div id=3-91>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De rol van de ANWB bij de massamotorisering|[91]]] 'De evolutie van den automobilist,' Autokampioen (14 september 1935) 1253-1255, aldaar 1255  (cursivering is van auteurs). </div>
 
*<div id=3-92>[[De auto in het interbellum (1918-1940): Plaats van de auto in het totale vervoer|[92]]]  'Is de toekomst aan tram of autobus?' Autokampioen nr 10 (10 maart 1934) 335-339.</div>
 
*<div id=3-93>[[De auto in het interbellum (1918-1940): Plaats van de auto in het totale vervoer|[93]]] 'En toch blijf ik de auto trouw!! Mijmeringen over het "reismedium".' Autokampioen (10 november 1934) 1471-1475, aldaar 1475. </div>
 
*<div id=3-94>[[De auto in het interbellum (1918-1940): Plaats van de auto in het totale vervoer|[94]]]  'Betaal en ... zwijg', Autokampioen (27 april 1935) 567-568.</div>
 
*<div id=3-95>[[De auto in het interbellum (1918-1940): Plaats van de auto in het totale vervoer|[95]]]  L. Swaab, 'Economische regeling van het verkeerswezen in Nederland III', De Ingenieur (16 februari 1929) T21-T29 (citaat: T27).</div>
 
*<div id=3-96>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De wegenlobby contra de spoorweglobby|[96]]] 'Crisis verkeerswezen in Nederland', De Ingenieur (1932) A389-A390.</div> 
 
*<div id=3-97>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De wegenlobby contra de spoorweglobby|[97]]] L. Swaab, 'Eenige beschouwingen over verkeers- en vervoermiddelen in Nederland,' De Ingenieur (18 maart 1932) V37-V59; zie voor het begrip 'netwerksnelheid': Gabriel Dupuy, La dépendance automobile; Symptômes, analyses, diagnostics, traitements (Paris: Anthropos, 1999) pagina.</div> 
 
*<div id=3-98>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De wegenlobby contra de spoorweglobby|[98]]] S.A. Reitsma, 'De crisis in het Nederlandsche verkeerswezen,'De Ingenieur (13 januari 1933) V1-V12 (citaten: V8 en V10, cursivering in origineel).</div> 
 
*<div id=3-99>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De wegenlobby contra de spoorweglobby|[99]]] 'De crisis in het Nederlandsche verkeerswezen,' De Ingenieur (20 januari 1933) V13-V26, hier: V25.</div> 
 
*<div id=3-100>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De wegenlobby contra de spoorweglobby|[100]]] Autokampioen (4 mei 1935) 618-619. </div> 
 
*<div id=3-101>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De wegenlobby contra de spoorweglobby|[101]]] Autokampioen (januari 1939) 10-11. </div> 
 
*<div id=3-102>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De wegenlobby contra de spoorweglobby|[102]]] 'En toch blijf ik de auto trouw', 1475  </div> 
 
*<div id=3-103>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De wegenlobby contra de spoorweglobby|[103]]] 'Hoera, ik heb geen auto meer. Openhartige bekentenissen van een vrouw,' Autokampioen (15 december 1934) 1634.</div> 
 
*<div id=3-104>[[De auto in het interbellum (1918-1940): De wegenlobby contra de spoorweglobby|[104]]] 'Er bestaan geen luxe-auto's meer,' 249.</div>
 
*<div id=3-105>[[De auto na 1945: Wederopbouw van het autoverkeer|[105]]]  'Bedrog en oplichting vieren hoogtij op de automarkten,' Autokampioen (1952) 1882.</div>
 
*<div id=3-106>[[De auto na 1945: Wederopbouw van het autoverkeer|[106]]]  Koolhaas Revers, 'Levensgevaarlijke lifters,' Autokampioen (1951) 1810-1812; K.J. Müller, 'Parkeermeters: in ons land voorlopig nergens nodig,' Autokampioen (1956) 1090-195; A.G.M. Boost, 'Opmars der parkeermeters,' Autokampioen (1958) 1741.</div>
 
*<div id=3-107>[[De auto na 1945: Wederopbouw van het autoverkeer|[107]]]  'W.W. óók mobiele hulppost van het Rode Kruis,' Autokampioen (1952) 1508; 'Koperen jubileum Wegenwacht,' Autokampioen (1958) 1828-1829; 'De automobilist en het kamperen,' Autokampioen (1956) 196-197.</div>
 
*<div id=3-108>[[De auto na 1945: Wederopbouw van het autoverkeer|[108]]]  'Véél veiliger auto's,' Autokampioen (1952) 1138-1142; 'Vrouwen vragen: veiliger verkeer!,' Autokampioen (1953) 1804; 'Koninklijk woord tot de weggebruikers. Prinses Wilhelmina gispt het egoïsme,' Autokampioen (1955) 214.</div>
 
*<div id=3-109>[[De auto na 1945: Mobiliteitsexplosie|[109]]]  [A. Zewuster], Auto's en koopkracht (I) (Amsterdam: Publikatie van het Advertentiebedrijf van N.V. De Arbeiderspers, juli 1959); [A. Zewuster], Auto's en koopkracht (II) (Amsterdam: Publikatie van het Advertentiebedrijf van N.V. De Arbeiderspers, februari 1960); [A. Zewuster], 100.000 auto's verkocht in 1960 (Amsterdam: Advertentiebedrijf N.V. De Arbeiderspers, januari 1961); [A. Zewuster], Een miljoen auto's in 1964 (Amsterdam: Advertentiebedrijf N.V. De Arbeiderspers, januari 1963).</div>
 
*<div id=3-110>[[De auto na 1945: Mobiliteitsexplosie|[110]]]  [Zewuster], Auto's en koopkracht (I), 18.</div>
 

Versie op 27 jun 2006 13:09