Geschiedenis van de autotechniek
Van Techniek in Nederland
Regel 1: | Regel 1: | ||
− | [[Afbeelding:spyker_1902.jpg| | + | [[Afbeelding:spyker_1902.jpg|360px|thumb|left|De Spyker 1902, de eerste vierwielaangedreven automobiel ter wereld met een benzinemotor. Het was tevens de eerste auto met een zescilinder en remmen op alle vier de wielen.]]Gedurende de eerste vijftien jaar van haar bestaan was de autotechniek uitermate gevarieerd. Er was [[Rol van de racerij bij de ontwikkeling van auto's|'''nog geen beslissing''']] gevallen over de aard van de aandrijfbron (elektrisch, stoom, benzine) en er bestonden van elke autotechnische [[Begrippenlijst#Functiegroep|functiegroep]] ten minste twee varianten. Zo werd het grootste probleem van de vroege autotechniek, de overdracht van het motorkoppel naar de aangedreven wielen, opgelost met riemen, kettingen of aandrijfassen. De koplichten functioneerden met [[Begrippenlijst#Carbid|carbid]] of elektrisch en de ontsteking van de verbrandingsmotor gebeurde met een waakvlam, met een heetgestookte platina staaf of met een bougie, terwijl deze laatste zijn energie kon ontvangen van een accu met trillerbobine of een draaiende elektromagneet. |