De andere pioniers: de outsiders

Van Techniek in Nederland

Ga naar: navigatie, zoek
Regel 15: Regel 15:
 
Het overwinnen van het tweede probleem lijkt een stuk eenvoudiger. De technische kennis en details over het Mège procédé waren deze fabrikanten niet bekend, maar het was niet zo moeilijk om algemene gegevens te achterhalen. In Frankrijk en Engeland werd regelmatig over de bereidingswijze gepubliceerd, met vrij uitvoerige details over temperaturen, hulpstoffen, mengverhoudingen en machines. De geproduceerde kunstboter was echter niet identiek aan die van bijvoorbeeld de Osse fabrikanten en was daarom wellicht moeilijker op de Engelse markt te verkopen. In ieder geval is geen van de vier genoemde ondernemingen uitgegroeid tot een succesvolle onderneming.
 
Het overwinnen van het tweede probleem lijkt een stuk eenvoudiger. De technische kennis en details over het Mège procédé waren deze fabrikanten niet bekend, maar het was niet zo moeilijk om algemene gegevens te achterhalen. In Frankrijk en Engeland werd regelmatig over de bereidingswijze gepubliceerd, met vrij uitvoerige details over temperaturen, hulpstoffen, mengverhoudingen en machines. De geproduceerde kunstboter was echter niet identiek aan die van bijvoorbeeld de Osse fabrikanten en was daarom wellicht moeilijker op de Engelse markt te verkopen. In ieder geval is geen van de vier genoemde ondernemingen uitgegroeid tot een succesvolle onderneming.
  
In het algemeen kan gezegd worden dat de kwaliteit van de kunstboter in de periode 1871 1900 zeer varieerde. Zij hing behalve van de fabrikant en zijn gebruikte procédé ook af van de bestemming van het produkt. De meeste fabrikanten brachten verschillende produkten op de markt, waarvan de betere soorten voor de export waren bestemd. De kwaliteit van de kunstboter werd 'kunstmatig' opgeschroefd door de toevoeging van natuurboter. Dergelijke produkten werden verkocht als 'melanges', maar ook als echte boter, want de mengpraktijk was welhaast een uitnodiging tot fraude.
+
In het algemeen kan gezegd worden dat de kwaliteit van de kunstboter in de periode 1871 1900 zeer varieerde. Zij hing behalve van de fabrikant en zijn gebruikte procédé ook af van de bestemming van het produkt. De meeste fabrikanten brachten verschillende produkten op de markt, waarvan de betere soorten voor de export waren bestemd. De kwaliteit van de kunstboter werd 'kunstmatig' opgeschroefd door de toevoeging van natuurboter. Dergelijke produkten werden verkocht als 'melanges', maar ook als [[Botervervalsing|'''echte boter''']], want de mengpraktijk was welhaast een uitnodiging tot fraude.
 
Boter werd in de jaren zestig verpakt in houten vaatjes of, zoals Van den Bergh in navolging van Franse boterhandelaren deed, in rollen. Deze verpakkingsmethodes ging men later ook voor de kunstboter gebruiken, zodat de consument gemakkelijk in verwarring kon raken. Bekend is dat Engelse afnemers zich bekocht voelden, toen ze in een regulier houten botervaatje slechts kunstboter aantroffen.
 
Boter werd in de jaren zestig verpakt in houten vaatjes of, zoals Van den Bergh in navolging van Franse boterhandelaren deed, in rollen. Deze verpakkingsmethodes ging men later ook voor de kunstboter gebruiken, zodat de consument gemakkelijk in verwarring kon raken. Bekend is dat Engelse afnemers zich bekocht voelden, toen ze in een regulier houten botervaatje slechts kunstboter aantroffen.
 
Voor de export naar Engeland waren vooral in zwang de zogenaamde tubs: ronde vaatjes of tonnetjes met een inhoud van ongeveer 25 kilo. Ook werden door de kunstboterfabrikanten gebruikt: 1/8 vaatjes met een inhoud van 20 kg en 1/16 vaatjes van 10 kg. In de 19e eeuwse kunstboter industrie was dergelijke grootverpakking de enige methode en pas na 1900 gingen Jurgens en Van den Bergh ertoe over om de margarine in stukjes te snijden van één of een half pond, in papier te wikkelen en te voorzien van een merknaam.
 
Voor de export naar Engeland waren vooral in zwang de zogenaamde tubs: ronde vaatjes of tonnetjes met een inhoud van ongeveer 25 kilo. Ook werden door de kunstboterfabrikanten gebruikt: 1/8 vaatjes met een inhoud van 20 kg en 1/16 vaatjes van 10 kg. In de 19e eeuwse kunstboter industrie was dergelijke grootverpakking de enige methode en pas na 1900 gingen Jurgens en Van den Bergh ertoe over om de margarine in stukjes te snijden van één of een half pond, in papier te wikkelen en te voorzien van een merknaam.
 
Voor zowel Van den Bergh als Jurgens was de export naar Engeland het belangrijkste; pas in 1884 begaven beiden zich op de Nederlandse markt. Die was voor hen in deze tijd nog niet zo belangrijk, omdat het binnenlands verbruik van kunstboter [[begrippenlijst#Marginaal|marginaal]] was en niet snel toenam. Voor de Engelse consument in de fabriekssteden, die niet bekend stond als een kieskeurige klant, was de kunstboter een acceptabel alternatief voor de duurdere echte boter.
 
Voor zowel Van den Bergh als Jurgens was de export naar Engeland het belangrijkste; pas in 1884 begaven beiden zich op de Nederlandse markt. Die was voor hen in deze tijd nog niet zo belangrijk, omdat het binnenlands verbruik van kunstboter [[begrippenlijst#Marginaal|marginaal]] was en niet snel toenam. Voor de Engelse consument in de fabriekssteden, die niet bekend stond als een kieskeurige klant, was de kunstboter een acceptabel alternatief voor de duurdere echte boter.
 
In de jaren negentig werd de Duitse markt belangrijk en zowel Van den Bergh als Jurgens stichtten een fabriek over de grens. Zij namen dit besluit omdat de Duitse regering de invoertarieven vanaf 1887 drastisch had verhoogd en om dezelfde reden werden ook in België (1895) vestigingen opgericht. De Europese expansie van de Nederlandse margarine industrie, die in de 20e eeuw nog verder zou doorzetten, had hiermee een aanvang genomen.
 
In de jaren negentig werd de Duitse markt belangrijk en zowel Van den Bergh als Jurgens stichtten een fabriek over de grens. Zij namen dit besluit omdat de Duitse regering de invoertarieven vanaf 1887 drastisch had verhoogd en om dezelfde reden werden ook in België (1895) vestigingen opgericht. De Europese expansie van de Nederlandse margarine industrie, die in de 20e eeuw nog verder zou doorzetten, had hiermee een aanvang genomen.

Versie op 27 sep 2007 13:02