De beginjaren van de burgerluchtvaart
Van Techniek in Nederland
Regel 14: | Regel 14: | ||
In 1930 was – na een serie proefvluchten – uiteindelijk een geregelde KLM-luchtlijn op Batavia mogelijk geworden. De vorderingen van deze geregelde vluchten werden door de pers door de jaren heen op de voet gevolgd en van dag tot dag aangegeven in landelijke kranten. In 1933 werd een versnelde retourvlucht met kerst- en nieuwjaarspost opgezet. Tussen 18 en 30 december zaten vele Nederlanders aan de radio gekluisterd om de vordering van het KLM-vliegtuig Pelikaan te volgen. Het succes van de Pelikaan werd overtroefd door dat van de KLM in de Melbourne Race van november 1934 met een net nieuw aangeschafte Douglas DC-2, Uiver genoemd. Heel Nederland ‘Uiverde’ in die novembermaand: men kocht Uiverhoedjes, Uiverspeldjes, Uiverlepeltjes, Uiverklokjes en beroemd werd het Uiverlied dat telkens door de radio werd gespeeld.[[Noten H6#6-16|<sup>[16]</sup>]] | In 1930 was – na een serie proefvluchten – uiteindelijk een geregelde KLM-luchtlijn op Batavia mogelijk geworden. De vorderingen van deze geregelde vluchten werden door de pers door de jaren heen op de voet gevolgd en van dag tot dag aangegeven in landelijke kranten. In 1933 werd een versnelde retourvlucht met kerst- en nieuwjaarspost opgezet. Tussen 18 en 30 december zaten vele Nederlanders aan de radio gekluisterd om de vordering van het KLM-vliegtuig Pelikaan te volgen. Het succes van de Pelikaan werd overtroefd door dat van de KLM in de Melbourne Race van november 1934 met een net nieuw aangeschafte Douglas DC-2, Uiver genoemd. Heel Nederland ‘Uiverde’ in die novembermaand: men kocht Uiverhoedjes, Uiverspeldjes, Uiverlepeltjes, Uiverklokjes en beroemd werd het Uiverlied dat telkens door de radio werd gespeeld.[[Noten H6#6-16|<sup>[16]</sup>]] | ||
− | Al deze aandacht leidde echter niet tot een rendabel luchtvaartbedrijf. Het enige onderdeel van het KLM-bedrijf waar de kosten werden terugverdiend, was de sinds 1930 onderhouden en zwaar door de Posterijen gesponsorde geregelde luchtverbinding met Nederlands-Indië. Ook de inkomsten van Schiphol, voornamelijk bestaande uit havengelden voor het landen en stallen van vliegtuigen, bleven achter bij de verwachtingen. | + | Al deze aandacht leidde echter niet tot een [[Begrippenlijst#Rendabel|rendabel]] luchtvaartbedrijf. Het enige onderdeel van het KLM-bedrijf waar de kosten werden terugverdiend, was de sinds 1930 onderhouden en zwaar door de Posterijen gesponsorde geregelde luchtverbinding met Nederlands-Indië. Ook de inkomsten van Schiphol, voornamelijk bestaande uit havengelden voor het landen en stallen van vliegtuigen, bleven achter bij de verwachtingen. |
In de periode vóór de Tweede Wereldoorlog vormden de [[begrippenlijst#Revenuen|revenuen]] uit het [[De eerste stappen naar luchthaven Schiphol|'''toerisme''']] van dagjesmensen die de luchtvaartwereld eens van dichtbij kwamen bekijken, 20 tot 25 procent van de inkomsten voor de luchthaven. In het [[begrippenlijst#Interbellum|Interbellum]] werd Schiphol Nederlands populairste toeristische trekpleister. Daar konden honderdduizenden bezoekers jaarlijks dagdromen van hun deelname aan de luchtvaart. Achter de schermen was het echter hard werken om de sector in stand te houden. De gemeente moest daarvoor jaarlijks aanzienlijke bedragen bijpassen ter dekking van de tekorten.[[Noten H6#6-17|<sup>[17]</sup>]] Mede vanwege de grote maatschappelijke steun voor investeringen in de luchtvaart, werd hiertoe echter elk jaar opnieuw besloten. Ondanks ‘De Depressie’ werd er niet bezuinigd op de luchtvaart. | In de periode vóór de Tweede Wereldoorlog vormden de [[begrippenlijst#Revenuen|revenuen]] uit het [[De eerste stappen naar luchthaven Schiphol|'''toerisme''']] van dagjesmensen die de luchtvaartwereld eens van dichtbij kwamen bekijken, 20 tot 25 procent van de inkomsten voor de luchthaven. In het [[begrippenlijst#Interbellum|Interbellum]] werd Schiphol Nederlands populairste toeristische trekpleister. Daar konden honderdduizenden bezoekers jaarlijks dagdromen van hun deelname aan de luchtvaart. Achter de schermen was het echter hard werken om de sector in stand te houden. De gemeente moest daarvoor jaarlijks aanzienlijke bedragen bijpassen ter dekking van de tekorten.[[Noten H6#6-17|<sup>[17]</sup>]] Mede vanwege de grote maatschappelijke steun voor investeringen in de luchtvaart, werd hiertoe echter elk jaar opnieuw besloten. Ondanks ‘De Depressie’ werd er niet bezuinigd op de luchtvaart. |