De raffinaderijen tot 1830
Van Techniek in Nederland
Regel 42: | Regel 42: | ||
Van staatswege was overigens al wel enige steun geboden door de bouw van het hoofdstedelijk [[begrippenlijst#Entrepotdok|Entrepôtdok]] in 1828.[[Noten TIN19-1-H7#7-17|<sup>[17]</sup>]] | Van staatswege was overigens al wel enige steun geboden door de bouw van het hoofdstedelijk [[begrippenlijst#Entrepotdok|Entrepôtdok]] in 1828.[[Noten TIN19-1-H7#7-17|<sup>[17]</sup>]] | ||
− | Daar kon de handel, en ook de raffinadeur, zijn aangekochte ruwsuiker opslaan zonder er meteen [[Suikeraccijns|'''accijns''']] over te hoeven betalen. Pas wanneer een partij vanuit deze bewaakte [[begrippenlijst# | + | Daar kon de handel, en ook de raffinadeur, zijn aangekochte ruwsuiker opslaan zonder er meteen [[Suikeraccijns|'''accijns''']] over te hoeven betalen. Pas wanneer een partij vanuit deze bewaakte [[begrippenlijst#Douanepakhuis| douanepakhuizen]] naar een raffinaderij werd overgebracht, betaalde de eigenaar het verschuldigde bedrag. Dat betekende een kredietverlening door de staat, en een ontlasting van de opslagcapaciteit van de raffinaderij. Nu hoefde er niet meer ineens een voorraad suiker te worden opgeslagen waar de raffinaderij mee moest kunnen werken tot de volgende massale aanvoer van overzee. |
Ook de Nederlandsche Handel-Maatschappij, die na 1830 de hele aanvoer van ruwsuiker beheerste, kwam nu aan de raffinadeurs tegemoet door vijf, soms zes keer per jaar een grote suikerveiling te houden. | Ook de Nederlandsche Handel-Maatschappij, die na 1830 de hele aanvoer van ruwsuiker beheerste, kwam nu aan de raffinadeurs tegemoet door vijf, soms zes keer per jaar een grote suikerveiling te houden. |