De auto in het interbellum (1918-1940): De doorbraak van het automobilisme

Van Techniek in Nederland

Ga naar: navigatie, zoek
Regel 1: Regel 1:
 
[[Afbeelding:ford_tt.jpg|325px|thumb|right|Bedrijfsautoversie van de Ford T, meestal TT genoemd.]]
 
[[Afbeelding:ford_tt.jpg|325px|thumb|right|Bedrijfsautoversie van de Ford T, meestal TT genoemd.]]
Het was de [[Begrippenlijst#Malaise|malaise]] tijdens en kort na de Eerste Wereldoorlog in Europa, waarvan de Amerikaanse merken gebruik maakten om het Europese vasteland met hun goedkope producten te overspoelen, de T-Ford voorop. In het begin hadden zij het nog moeilijk, toen de markt werd verzadigd door ‘oorlogswagens’, door de Duitsers in bezet gebied gevorderde en daar achtergelaten auto’s [[Noten H3#3-48|<sup>[48]</sup>]].  Wat de oorlog verder echter vooral teweeg had gebracht, was een enorme expansie van de productiecapaciteit van de autofabrieken, vooral in de Verenigde Staten, die na de oorlog koortsachtig naar een navenante expansie van de markt streefden [[Noten H3#3-49|<sup>[49]</sup>]].  De snelle groei van het wagenpark in de jaren twintig kan dan ook worden toegeschreven aan de groei van het marktaandeel van de T-Ford, die de auto binnen het bereik van de gehele burgerij bracht. In de Kampioen werd in 1930 geconcludeerd dat ‘de ontzaglijke vlucht, die het automobilisme in de laatste jaren genomen heeft, voor een groot deel (is) te danken aan deze veel [[Begrippenlijst#Gesmade|gesmade]] en geridiculiseerde Fords. Deze goedkoope en na eenige jaren door ondervinding bruikbaar bewezen wagentjes hebben de massa tot het automobilisme gebracht [[Noten H3#3-50|<sup>[50]</sup>]].’   
+
Het was de [[Begrippenlijst#Malaise|malaise]] tijdens en kort na de Eerste Wereldoorlog in Europa, waarvan de Amerikaanse merken gebruik maakten om het Europese vasteland met hun goedkope producten te overspoelen, de T-Ford voorop. In het begin hadden zij het nog moeilijk, toen de markt werd verzadigd door ‘oorlogswagens’, door de Duitsers in bezet gebied gevorderde en daar achtergelaten auto’s [[Noten H3#3-48|<sup>[48]</sup>]].  Wat de oorlog verder echter vooral teweeg had gebracht, was een enorme expansie van de productiecapaciteit van de autofabrieken, vooral in de Verenigde Staten, die na de oorlog koortsachtig naar een navenante expansie van de markt streefden [[Noten H3#3-49|<sup>[49]</sup>]].  De snelle groei van het wagenpark in de jaren twintig kan dan ook worden toegeschreven aan de groei van het marktaandeel van de T-Ford, die de auto binnen het bereik van de gehele burgerij bracht. In de Kampioen werd in 1930 geconcludeerd dat ‘de ontzaglijke vlucht, die het automobilisme in de laatste jaren genomen heeft, voor een groot deel (is) te danken aan deze veel [[Begrippenlijst#Gesmade|gesmade]] en geridiculiseerde Fords. Deze goedkoope en na eenige jaren door ondervinding bruikbaar bewezen wagentjes hebben de massa tot het [[De auto in het interbellum (1918-1940): Plaats van de auto in het totale vervoer|'''automobilisme''']] gebracht [[Noten H3#3-50|<sup>[50]</sup>]].’   
  
  

Versie op 19 jul 2006 14:29