De auto na 1945: De gepersonaliseerde auto

Van Techniek in Nederland

Ga naar: navigatie, zoek
k
Regel 1: Regel 1:
[[afbeelding: Autoloze_zondag_1973.jpg|thumb|320px|Voetgangers op de autosnelweg op de eerste autoloze zondag in 1973.]]Terwijl de auto aan zijn onstuitbaar lijkende opmars bezig was, begonnen ook tegengeluiden tegen het vervuilende en ruimtevretende karakter van ‘de automaatschappij’ op te komen. Verzet van de jeugd (hoewel gefascineerd door de uitingen van de Amerikaanse consumptiemaatschappij) tegen de ‘Amerikanisering’ van de cultuur, leidde tot protesten tegen de [[De jaren vijftig: files en de mobiliteitsexplosie|'''‘asfaltering’ van Nederland''']]. Het wittefietsenplan van Provo en het latere plan van de elektrische Witkar wezen erop dat de kritiek op de consumptiecultuur van het ‘klootjesvolk’ ook een ecologische kleur had aangenomen. Het rapport van de Club van Rome (1972) over de eindigheid van de globale grondstoffen vormde de impuls tot onderzoek naar alternatieve voertuigaandrijvingen, zoals de elektrische en de hybridische aandrijving. De eerste Oliecrisis en de autoloze zondagen (1973) lieten zien hoezeer onze energiebehoefte samenhing met onze mobiliteitsbehoefte. In de grote steden, die steeds meer moeite hadden de eigen bevolking van voldoende ruimte voor recreatie te voorzien, kwam een openlijk protest tegen ruimtebeslag en aantasting van de omgeving door de auto op gang. Andere actiegroepen, zoals Stop de kindermoord, richtten zich tegen de al maar groeiende  statistieken van de ernstig gewonden en [[:afbeelding:Grafiek_verkeersdoden_nl.jpg|'''doden''']] in het verkeer.
+
[[afbeelding: Autoloze_zondag_1973.jpg|thumb|320px|Voetgangers op de autosnelweg op de eerste autoloze zondag in 1973.]]Terwijl de auto aan zijn onstuitbaar lijkende opmars bezig was, begonnen ook tegengeluiden tegen het vervuilende en ruimtevretende karakter van ‘de automaatschappij’ op te komen. Verzet van de jeugd (hoewel gefascineerd door de uitingen van de Amerikaanse [[Begrippenlijst#Consumptiemaatschappij|consumptiemaatschappij]]) tegen de ‘Amerikanisering’ van de cultuur, leidde tot protesten tegen de [[De jaren vijftig: files en de mobiliteitsexplosie|'''‘asfaltering’ van Nederland''']]. Het wittefietsenplan van Provo en het latere plan van de elektrische Witkar wezen erop dat de kritiek op de consumptiecultuur van het ‘klootjesvolk’ ook een [[Begrippenlijst#Ecologische kleur|ecologische kleur]] had aangenomen. Het rapport van de [[Begrippenlijst#Club van Rome|Club van Rome]] (1972) over de eindigheid van de globale grondstoffen vormde de impuls tot onderzoek naar alternatieve voertuigaandrijvingen, zoals de elektrische en de hybridische aandrijving. De eerste Oliecrisis en de autoloze zondagen (1973) lieten zien hoezeer onze energiebehoefte samenhing met onze mobiliteitsbehoefte. In de grote steden, die steeds meer moeite hadden de eigen bevolking van voldoende ruimte voor recreatie te voorzien, kwam een openlijk protest tegen ruimtebeslag en aantasting van de omgeving door de auto op gang. Andere actiegroepen, zoals Stop de kindermoord, richtten zich tegen de al maar groeiende  statistieken van de ernstig gewonden en [[:afbeelding:Grafiek_verkeersdoden_nl.jpg|'''doden''']] in het verkeer.
  
  
Regel 12: Regel 12:
  
  
De autotechniek komt aan deze gewijzigde gebruikscultuur tegemoet. Niet alleen neemt de variatie in het aanbod enorm toe, maar ook worden gespecialiseerde technieken ontwikkeld voor deelgebieden van het gebruik, zoals het kekke stadsautootje in felle kleuren (zoals de Smart, die met de helft van de normale parkeerruimte kan volstaan) en, voor de stedelijke elite tijdens de economische boom van de jaren negentig, de ruimte-auto’s (Chrysler Voyager, Renault Espace etc.). De ultieme uitdrukking van de mix van angst en lust van het mobiele verkeer in de openbare ruimte vormen [[afbeelding: Hummer_h3.jpg|thumb|left|450px|Hummer H3.]]de Sport Utility Vehicles (SUV's) die, uitgerust als macho-terreinwagens, vooral gebruikt worden in de welgestelde stadswijken om kinderen naar school te brengen en opzichtig te ‘shoppen’. Het zijn auto’s die niet alleen in hun vorm doen denken aan de [[Vroege autogeschiedenis (tot 1914): De auto als speelgoed en statussymbool|'''eerste fase van het automobilisme''']] (doordat de inzittenden er voor het eerst sinds driekwart eeuw weer rechtop in kunnen plaatsnemen), maar ook in hun maatschappelijk effect: voor het eerst sinds lange tijd klinkt weer openlijk verzet tegen dergelijke elitaire ‘aso-bakken’ (een uitspraak van een GroenLinks gemeenteraadslid van Nijmegen) of ‘P.C. Hooft-tractoren.’ Hoewel het eindpunt van deze ontwikkelingen niet valt te voorspellen, kan er geen twijfel over bestaan, dat de genotsaspecten van de individuele mobiliteit opnieuw de boventoon voeren en dat het mobiele [[Vroege autogeschiedenis (tot 1914): De auto als avonturenmachine|'''‘avontuur’''']] nog geenszins aan het eind van zijn automobiele latijn is gekomen.
+
De autotechniek komt aan deze gewijzigde gebruikscultuur tegemoet. Niet alleen neemt de variatie in het aanbod enorm toe, maar ook worden gespecialiseerde technieken ontwikkeld voor deelgebieden van het gebruik, zoals het kekke stadsautootje in felle kleuren (zoals de Smart, die met de helft van de normale parkeerruimte kan volstaan) en, voor de stedelijke [[Begrippenlijst#Elite|elite]] tijdens de economische boom van de jaren negentig, de ruimte-auto’s (Chrysler Voyager, Renault Espace etc.). De ultieme uitdrukking van de mix van angst en lust van het mobiele verkeer in de openbare ruimte vormen [[afbeelding: Hummer_h3.jpg|thumb|left|450px|Hummer H3.]]de Sport Utility Vehicles (SUV's) die, uitgerust als macho-terreinwagens, vooral gebruikt worden in de welgestelde stadswijken om kinderen naar school te brengen en opzichtig te ‘shoppen’. Het zijn auto’s die niet alleen in hun vorm doen denken aan de [[Vroege autogeschiedenis (tot 1914): De auto als speelgoed en statussymbool|'''eerste fase van het automobilisme''']] (doordat de inzittenden er voor het eerst sinds driekwart eeuw weer rechtop in kunnen plaatsnemen), maar ook in hun maatschappelijk effect: voor het eerst sinds lange tijd klinkt weer openlijk verzet tegen dergelijke elitaire ‘aso-bakken’ (een uitspraak van een GroenLinks gemeenteraadslid van Nijmegen) of ‘P.C. Hooft-tractoren.’ Hoewel het eindpunt van deze ontwikkelingen niet valt te voorspellen, kan er geen twijfel over bestaan, dat de genotsaspecten van de individuele mobiliteit opnieuw de boventoon voeren en dat het mobiele [[Vroege autogeschiedenis (tot 1914): De auto als avonturenmachine|'''‘avontuur’''']] nog geenszins aan het eind van zijn automobiele latijn is gekomen.
  
 
   
 
   
 
Of die mobiliteit op den duur door een nieuwe, milieuvriendelijke autotechniek zal worden gedragen, die wordt gekenmerkt door een elektrische (brandstofcel) of hybridische aandrijving (waarvan de Toyota Prius de eerste uitingsvorm is), is nog een vraag. Waarschijnlijker is dat de voortschrijdende elektronisering tot ‘slimme’ technische oplossingen voor het autoverkeer leidt, bijvoorbeeld door een gelijkmatiger snelheid van de verkeersstromen, een tijdige waarschuwing voor [[Fileproblematiek|'''files''']], en door een ingreep in de besturing van de auto in geval van een dreigende botsing. Deze moeten de uitstoot van schadelijke uitlaatgassen verminderen en de [[Duurzame mobiliteit|'''congestie''']] en verkeersonveiligheid  beperken.
 
Of die mobiliteit op den duur door een nieuwe, milieuvriendelijke autotechniek zal worden gedragen, die wordt gekenmerkt door een elektrische (brandstofcel) of hybridische aandrijving (waarvan de Toyota Prius de eerste uitingsvorm is), is nog een vraag. Waarschijnlijker is dat de voortschrijdende elektronisering tot ‘slimme’ technische oplossingen voor het autoverkeer leidt, bijvoorbeeld door een gelijkmatiger snelheid van de verkeersstromen, een tijdige waarschuwing voor [[Fileproblematiek|'''files''']], en door een ingreep in de besturing van de auto in geval van een dreigende botsing. Deze moeten de uitstoot van schadelijke uitlaatgassen verminderen en de [[Duurzame mobiliteit|'''congestie''']] en verkeersonveiligheid  beperken.

Versie op 19 jul 2006 16:46