De commissie Pasma

Van Techniek in Nederland

Ga naar: navigatie, zoek
 
Regel 58: Regel 58:
 
'''De Commissie en grootschalige verwerking van melk'''
 
'''De Commissie en grootschalige verwerking van melk'''
  
Tenslotte gingen de commissieleden in op een laatste kwestie, nl. '' 'Kunnen boter- en kaasfabrieken gelijk elders, ook in Friesland levensvatbaarheid en levensduur verkrijgen?' '' Hierbij moet men in de gaten houden dat met 'fabrieken' in 1878 nog geen zuivelfabrieken met mechanische drijfkracht werden bedoeld. Die bestonden nog niet; het ging de verslaggevers hier om de grootschalige verwerking van melk, die niet meer op elke boerderij afzonderlijk plaatsvond.  
+
Tenslotte gingen de commissieleden in op een laatste kwestie, nl. '' 'Kunnen boter- en kaasfabrieken gelijk elders, ook in Friesland levensvatbaarheid en levensduur verkrijgen?' '' Hierbij moet men in de gaten houden dat met 'fabrieken' in 1878 nog geen zuivelfabrieken met mechanische drijfkracht werden bedoeld. Die bestonden nog niet; het ging de verslaggevers hier om de [[Zuivelfabrieken in Noord Nederland|'''grootschalige verwerking van melk''']], die niet meer op elke boerderij afzonderlijk plaatsvond.  
  
 
Op deze fabriekskwestie gaven zij meteen hun eigen zienswijze:'' 'De ligging en de reeds bestaande inrichtingen toch van de Friesche boerderijen, het ongerief van het bijeenbrengen van de melk naar de fabriek, het gemeenschappelijk werken, de moeite en de kosten en het toezicht der administratie, het verschil in de waarde der melk van de eene of andere plaats of veesoort afkomstig, het ongelijk vetgehalte van het bijvoeder in den staltijd voor de boterkwantiteit, wettigt voorshands het vermoeden dat de belangstelling en toetreding van de Friese veehouders op deze en nog andere bezwaren zouden afstuiten.' ''
 
Op deze fabriekskwestie gaven zij meteen hun eigen zienswijze:'' 'De ligging en de reeds bestaande inrichtingen toch van de Friesche boerderijen, het ongerief van het bijeenbrengen van de melk naar de fabriek, het gemeenschappelijk werken, de moeite en de kosten en het toezicht der administratie, het verschil in de waarde der melk van de eene of andere plaats of veesoort afkomstig, het ongelijk vetgehalte van het bijvoeder in den staltijd voor de boterkwantiteit, wettigt voorshands het vermoeden dat de belangstelling en toetreding van de Friese veehouders op deze en nog andere bezwaren zouden afstuiten.' ''
Regel 78: Regel 78:
 
De Deense verbeteringen stoelden dus enerzijds op de mogelijkheden die de resten van de oude structuur nog bood, anderzijds op een algemene geneigdheid om tradities los te laten als daar aantoonbaar betere alternatieven tegenover stonden. Onderwijs was onmisbaar in dit proces van verandering.
 
De Deense verbeteringen stoelden dus enerzijds op de mogelijkheden die de resten van de oude structuur nog bood, anderzijds op een algemene geneigdheid om tradities los te laten als daar aantoonbaar betere alternatieven tegenover stonden. Onderwijs was onmisbaar in dit proces van verandering.
  
Via onderwijs hoopte de Commissie-Pasma belangrijke veranderingen te kunnen bereiken. Dan zouden niet alle vaste waarden van de Friese melkveehouderij te hoeven worden losgelaten. Immers, door hygiënisch en nauwkeurig werken kon ook de kleinschalige boterproductie op de boerderij enorme vooruitgang boeken. Voorzichtig opperde de Commissie dat, behalve botermaken, de verkoop van melk en room aan de steden gestimuleerd kon worden. Dat zou wèl enigszins gecentraliseerd kunnen worden. Dergelijke verkoophuizen werden dan de aangewezen centra voor de voorlichting omtrent betere werkwijzen,'' 'dat zij ook leerscholen mogen worden van meer en betere boekhouding en naauwkeuriger administratie in het bedrijf van den veehouder, opdat de zonen en dochters van den landbouwer in dit gewest (...) zich rekenschap weten te geven van hun laten, van hun doen en van het 'hoe en waarom', opdat ook de landbouwer meer streve volgens het wachtwoord van onzen tijd, het 'altijd voorwaarts!' '' [[Noten TIN19-1-H4#4-22|<sup>[22]</sup>]]
+
Via onderwijs hoopte de Commissie-Pasma belangrijke veranderingen te kunnen bereiken. Dan zouden niet alle vaste waarden van de Friese melkveehouderij te hoeven worden losgelaten. Immers, door hygiënisch en nauwkeurig werken kon ook de kleinschalige boterproductie op de boerderij enorme vooruitgang boeken. Voorzichtig opperde de Commissie dat, behalve botermaken, de verkoop van melk en room aan de steden gestimuleerd kon worden. Dat zou wèl enigszins gecentraliseerd kunnen worden. Dergelijke verkoophuizen werden dan de aangewezen centra voor de [[Zuivel en onderwijs|'''voorlichting omtrent betere werkwijzen''']],'' 'dat zij ook leerscholen mogen worden van meer en betere boekhouding en naauwkeuriger administratie in het bedrijf van den veehouder, opdat de zonen en dochters van den landbouwer in dit gewest (...) zich rekenschap weten te geven van hun laten, van hun doen en van het 'hoe en waarom', opdat ook de landbouwer meer streve volgens het wachtwoord van onzen tijd, het 'altijd voorwaarts!' '' [[Noten TIN19-1-H4#4-22|<sup>[22]</sup>]]

Huidige versie van 22 apr 2008 om 11:32