Kooklerares tijdens de Eerste Wereldoorlog

Van Techniek in Nederland

Ga naar: navigatie, zoek
Regel 6: Regel 6:
 
'''Kaas, rijst en peulvruchten'''
 
'''Kaas, rijst en peulvruchten'''
  
[[Afbeelding:05_G357_V_2_1.JPG|thumb|400px|left|Een centrale keuken in Amsterdam in 1918, waar dagelijks tussen de middag tweeduizend porties warme maaltijden werden verstrekt.]]‘Vreemd’ was bijvoorbeeld het gebruik van kaas in de warme maaltijd. Kaas, vooral magere kaas, werd aangeprezen als voordelig voedsel ''‘dat in waarde geheel gelijk staat met mager vleesch’''. Het boekje bevat een aparte rubriek met ‘''Gerechten die iedereen niet kent, maar die toch heel smakelijk en voedzaam zijn’'': gestoofde aardappelen met kaas, stamppot van kool met kaas, savooienkool met rijst en kaas, rijst met kaas en uien, koolraap met groene erwten, botersaus en rijst, en koolraap met bruine bonen, speksaus en rijst.
+
[[Afbeelding:05_G357_V_2_1.JPG|thumb|420px|left|Een centrale keuken in Amsterdam in 1918, waar dagelijks tussen de middag tweeduizend porties warme maaltijden werden verstrekt.]]‘Vreemd’ was bijvoorbeeld het gebruik van kaas in de warme maaltijd. Kaas, vooral magere kaas, werd aangeprezen als voordelig voedsel ''‘dat in waarde geheel gelijk staat met mager vleesch’''. Het boekje bevat een aparte rubriek met ‘''Gerechten die iedereen niet kent, maar die toch heel smakelijk en voedzaam zijn’'': gestoofde aardappelen met kaas, stamppot van kool met kaas, savooienkool met rijst en kaas, rijst met kaas en uien, koolraap met groene erwten, botersaus en rijst, en koolraap met bruine bonen, speksaus en rijst.
 +
 
  
 
Andere aanbevolen vleesvervangers waren de verschillende soorten peulvruchten. Deze konden ook af en toe het brood vervangen. Gezien de krapte van het broodrantsoen, moest ongeveer de helft van de hoeveelheid brood die men gewend was te eten, door iets anders worden vervangen, bijvoorbeeld aardappelen (liefst in de schil gekookt), erwten of bonen - al dan niet in de vorm van soep - rijstebrij, gortepap, havermout, rijstpudding of aardappelsla met bietjes, bonen of haring.  
 
Andere aanbevolen vleesvervangers waren de verschillende soorten peulvruchten. Deze konden ook af en toe het brood vervangen. Gezien de krapte van het broodrantsoen, moest ongeveer de helft van de hoeveelheid brood die men gewend was te eten, door iets anders worden vervangen, bijvoorbeeld aardappelen (liefst in de schil gekookt), erwten of bonen - al dan niet in de vorm van soep - rijstebrij, gortepap, havermout, rijstpudding of aardappelsla met bietjes, bonen of haring.  

Versie op 6 mrt 2008 12:23