Noten TIN20-3-H3

Van Techniek in Nederland

Ga naar: navigatie, zoek
Regel 6: Regel 6:
 
*<div id=3-2>[2] Voor het huisgezin, 1 (1924) 5, 1; plantaardige margarine bood nieuwe mogelijkheden voor vegetariers, een groep principiele en bewuste consumenten, verenigd in de Nederlandsche Vegetariersbond; fabrikanten stelden hun producten wel onder controle van deze bond.</div>
 
*<div id=3-2>[2] Voor het huisgezin, 1 (1924) 5, 1; plantaardige margarine bood nieuwe mogelijkheden voor vegetariers, een groep principiele en bewuste consumenten, verenigd in de Nederlandsche Vegetariersbond; fabrikanten stelden hun producten wel onder controle van deze bond.</div>
 
*<div id=3-3>[3] Zie ook H.W. Lintsen e.a. (red.) Geschiedenis van de Techniek in Nederland. De wording van een moderne samenleving 1800-1890, deel I (Zutphen 1992), 267-268; J.L. de Jager, Arm en rijk kunnen bij mij hun inkopen doen. De geschiedenis van Albert Heijn en Koninklijke Ahold (Baarn 1995) 48-49.</div>
 
*<div id=3-3>[3] Zie ook H.W. Lintsen e.a. (red.) Geschiedenis van de Techniek in Nederland. De wording van een moderne samenleving 1800-1890, deel I (Zutphen 1992), 267-268; J.L. de Jager, Arm en rijk kunnen bij mij hun inkopen doen. De geschiedenis van Albert Heijn en Koninklijke Ahold (Baarn 1995) 48-49.</div>
*<div id=3-4>[4] Anneke H. van Otterloo, ‘De industrialisering van keuken en koken. Toenemende bindingen tussen huishoudens en bedrijven (1920-1970), Tijdschrift voor Vrouwenstudies; nr. 33 (1988), 3-27; diverse gegevens in dit hoofdstuk zijn op dit artikel gebaseerd, vgl</div>
+
*<div id=3-4>[4] Anneke H. van Otterloo, ‘De industrialisering van keuken en koken. Toenemende bindingen tussen huishoudens en bedrijven (1920-1970), Tijdschrift voor Vrouwenstudies; nr. 33 (1988), 3-27; diverse gegevens in dit hoofdstuk zijn op dit artikel gebaseerd, vergelijk ook Van Otterloo, Eten en eetlust, 155-184.</div>
 
*<div id=3-5>[5] Wim Wennekes, De aartsvaders. Grondleggers van het Nederlandse bedrijfsleven (Amsterdam/Antwerpen 1993), 221-281, 248-251.</div>
 
*<div id=3-5>[5] Wim Wennekes, De aartsvaders. Grondleggers van het Nederlandse bedrijfsleven (Amsterdam/Antwerpen 1993), 221-281, 248-251.</div>
 
*<div id=3-6>[6] In 1927 waren er 107 filialen en in 1937 230, H.Ph. Hondelink, Detailhandel. Een geschiedenis en bronnenoverzicht (Amsterdam 1993) 28; vgl. ook J.L.de Jager, Arm en rijk, 48-56. </div>
 
*<div id=3-6>[6] In 1927 waren er 107 filialen en in 1937 230, H.Ph. Hondelink, Detailhandel. Een geschiedenis en bronnenoverzicht (Amsterdam 1993) 28; vgl. ook J.L.de Jager, Arm en rijk, 48-56. </div>

Versie op 13 sep 2007 13:18