Stagnatie en ontwikkeling in de aanleg van het spoorwegnet

Van Techniek in Nederland

Ga naar: navigatie, zoek
Regel 21: Regel 21:
 
[[Afbeelding:Oude_trein.jpg|thumb|330px|right|Oude trein]]
 
[[Afbeelding:Oude_trein.jpg|thumb|330px|right|Oude trein]]
  
In 1856 werd het duidelijk dat de regering inderdaad bereid was een meer actieve rol te gaan spelen bij de aanleg van de nog ontbrekende lijnen. Een eerste voorbeeld van de gewijzigde inzichten is te lezen in de troonrede van dat jaar, waarbij werd aangekondigd dat het de bedoeling van de regering was dat bij spoorwegaanleg door particulieren, de staat de grote kunstwerken zou kunnen financieren.[[Noten TIN19-2-H7#7-60|<sup>[60]</sup>]]  
+
In 1856 werd het duidelijk dat de regering inderdaad bereid was een meer actieve rol te gaan spelen bij de aanleg van de nog ontbrekende lijnen. Een eerste voorbeeld van de gewijzigde inzichten is te lezen in de troonrede van dat jaar, waarbij werd aangekondigd dat het de bedoeling van de regering was dat bij spoorwegaanleg door particulieren, [[De moeizame weg naar een staatsspoorwegbedrijf|'''de staat de grote kunstwerken zou kunnen financieren''']].[[Noten TIN19-2-H7#7-60|<sup>[60]</sup>]]  
 
Te vaak was al gebleken dat plannen afsprongen op de kosten van de grote bruggen over de rivieren, en op deze manier hoopte de regering dit probleem weg te nemen. Kleine concessies zouden bij voorkeur ook niet meer verleend worden, omdat zo de kans bestond dat onaantrekkelijke lijnen of lijngedeelten zouden overblijven, waardoor er nog geen sprake van een echt net zou zijn.  
 
Te vaak was al gebleken dat plannen afsprongen op de kosten van de grote bruggen over de rivieren, en op deze manier hoopte de regering dit probleem weg te nemen. Kleine concessies zouden bij voorkeur ook niet meer verleend worden, omdat zo de kans bestond dat onaantrekkelijke lijnen of lijngedeelten zouden overblijven, waardoor er nog geen sprake van een echt net zou zijn.  
  

Versie op 15 mei 2008 18:33